Van beroepsmilitair naar wethouder, Martijn Derks stelt zichzelf voor

Martijn Derks is vorige week donderdag beëdigd als de nieuwe VVD-wethouder van de gemeente Wijchen. Hij volgt daarmee Nick Derks op, die wethouder is geworden in de gemeente Apeldoorn. De Wegwijs sprak Martijn Derks in zijn huis in Bergharen.

Door Matthijs Loermans

Kun je om te beginnen jezelf even kort voorstellen?
Martijn Derks: “Ja. Nou, over mezelf. Ik ben een vader van 3 dochters van 16, 14 en 2. Geboren en getogen op de Valendries dus een echte Wijchense inborst. Mijn hele leven hier gewoond maar eigenlijk nooit hier gewerkt dus dit wordt mijn eerste echte Wijchense baan, besefte ik mij van de week. Na de middelbare school ben ik naar Defensie gegaan en daar heb ik 14 jaar bij de Koninklijke Landmacht gediend. Eerst als onderofficier, later als officier. Prachtige tijd gehad, een paar keer op uitzending geweest en de hele wereld gezien. Een jongensdroom want ik wou als kind al militair worden. Op een gegeven moment wordt je 31 jaar en vraag je jezelf af of er toch niet meer uit het leven te halen is als dit. Eigenlijk bij toeval de zorg ingerold en daar heb ik de afgelopen tien jaar gewerkt.

Hoe ben je bij de VVD terechtgekomen?
“Via Nick (Derks - red.). Die ken ik uit het Wijchense en die had mij al wel een keer of acht benaderd met de vraag of de politiek niet iets voor mij zou zijn. Dat heb ik heel lang afgehouden omdat ik dacht dat het niet paste maar toen hij het in 2021 opnieuw vroeg toen ze een nieuwe raadsformatie aan het samenstellen waren dacht ik ‘nu past het wel’. Ik had meer tijd en privé was alles ook oké om zoiets erbij te doen. Toen ben ik tot mijn verbazing gelijk op plek 3 gekomen en zo ben ik eigenlijk bij de VVD gekomen, ik zal eerlijk toegeven dat ik niet bepaald jarenlang een VVD aanhanger was.

Vandaar de vraag. De VVD staat niet bepaald bekend als “de zorgpartij”. Je hebt vanuit je werk daar van dichtbij meegemaakt wat alle bezuinigingen in de zorg teweeg hebben gebracht.
“Ik denk dat bepaalde bezuinigingen wel echt nodig waren en dat elke andere politieke partij ook die keuzes had moeten maken. Uiteindelijk ben ik wel echt een liberaal en geloof ik in die grondslag maar het is niet zo dat ik per se al die beslissingen toejuich. Voor mij zit het veel meer in de ondernemerskant.

Er zit natuurlijk ook een verschil in lokale en landelijke politiek.
“Precies. Dat is ook echt de belangrijkste reden dat ik in de lokale politiek ben gestapt. Om echt iets te kunnen betekenen voor mijn eigen dorp en gemeente. Het mooie van plaatselijke politiek is dat je meteen effect ziet. Landelijk is het allemaal op de lange termijn en grote getallen maar bij ons gaat het soms ook gewoon over een vergunning voor een supermarkt of in mijn geval de kermis in Bergharen hier die niet goed loop. Daar kun je dan je best voor doen dat zoiets blijft bestaan en dat is het mooie van plaatselijke politiek.”

Van beroepsmilitair naar wethouder is overigens ook wel opmerkelijk.
Lachend: “Ja, mooi pad hé? Je kan genoeg verschillen noemen maar er zijn ook zeker parallellen. Het komt allebei voort uit de inborst, en dat is ook het nest waar ik vandaan kom, je wilt altijd iets doen wat impactvol is voor mensen die het minder hebben. Op een gegeven moment wordt je ouder en wil je ook echt iets aan de wereld verbeteren. Met die ideaal ben ik bij Defensie terecht gekomen en uiteindelijk ook de zorg in gegaan en dat is ook een parallel met de politiek. Dat je impactvol wilt zijn en mensen wilt helpen met alles wat je in huis hebt. Er zijn duizend-en-één verschillen maar dit is denk ik wel de overeenkomst.

Hoe kijk je naar de switch van raadslid naar wethouder?
“Dat wil ik het zelfde blijven benaderen als raadslid. Ik vind het belangrijk dat we politiek bedrijven voor de burger waarbij het niet gaat om ons als Raad of College maar onze inwoners. We moeten het ook begrijpelijk en behapbaar maken. Wat ik heel erg wennen vond als startend raadslid is dat ik soms dacht: ‘Wáár hebben we het eigenlijk over?’ Dat is wel echt wat ik wil bereiken als wethouder als ik straks op deze 2.5 jaar terugkijk. Dat ik politiek tastbaar heb gemaakt voor onze mensen. Dat heb ik als raadslid geprobeerd en dat wil ik als wethouder ook blijven doen.

De opkomst die we de afgelopen gemeenteraadsverkiezingen hadden was nog nooit zo laag. Dat is gewoon pijnlijk. Hier heb ik het ook met Renate (Loermans, fractievoorzitter Kernachtig Wijchen - red.) over gehad. Dat we politiek de komende vier jaar weer naar de burger toetrekken en het leuk maken. Op lokaal niveau is je stem veel impactvoller, het gaat veel directer over zaken waar mensen rechtstreeks mee te maken hebben. Mijn wens en verlangen is dat we dat de komende tijd opkrikken.”

Tegen de Gelderlander zei je dat jij, en je vrouw, nu door je nieuwe functie ook uit moeten kijken voor gekke uitspattingen. Waar maak jij je precies zorgen om?
“Je bent publiek figuur dus je moet toch binnen de lijntjes kleuren. Dat deed ik al hoor dus het is niet dat ik me daar zorgen om maak maar je moet je er wel van bewust zijn. Ik heb nu al gemerkt als ik met die kleine door het dorp loop dat ik gelijk wordt aangesproken. Dat vind ik niet erg, dat is juist leuk maar het is wel iets anders dan als je even anoniem door het dorp wilt wandelen. Dat is ook het mooie aan dit werk, dat je er kan zijn voor de mensen uit je eigen gemeente. Zeg nooit nooit natuurlijk maar ik heb nu helemaal geen interesse in een grootse politieke carrière buiten deze gemeente.”

Tot slot nog even wat uit je portefeuille straks, zoals bijvoorbeeld arbeid. Onderzoek wijst uit dat de we in de regio Druten en Wijchen in 2030 zo’n 3.000 arbeidsmigranten hier kunnen verwachten. Die zullen grotendeels in Bijsterhuizen aan het werk gaan en er is in die sector ook sprake van veel uitbuiting op het gebied van hoe die migranten hier gehuisvest worden. Hoe kijk je daar tegenaan?

“Dat moet je dus opnemen in, ik vind het een rotwoord maar, kaders. Je moet het opnemen voor werknemers, waar ze ook vandaan komen, dat je daar goed voor zorgt maar ook voor ondernemers. Dat is ook die liberale inslag. Iedereen mag hier ondernemen en het is goed dat daar groei in zit maar je moet wel goed voor je mensen zorgen.”